26 april 2008

Een miljoen schuld per Belg

online weekboek JONGCD&V


Donderdag 24 april 2008

Een miljoen schuld per Belg

Donderdag zet zich rustig in. Voor een collega bekijk ik een stuk over Earnings per Share (één van mijn projecten) dat aan bod komt in een ander voorstel voor een nieuwe boekhoudnorm. Het Amerikaans document is warrig en weinig consistent. De kans is groot dat het binnenkort Europese wetgeving is.

Ik ben blij dat de begroting de laatste tijd zo vaak het nieuws haalt. De Bijbel noch de Koran, maar de begroting geeft aan welke fundamentele keuzes we als samenleving maken. Terecht dat Leterme er zoveel belang aan hecht.

Wel jammer dat er weinig aandacht is voor waar het echt om draait. Over de jaren heen hebben we een staatsschuld opgebouwd die de laatste tijd niet daalt, maar nog verder stijgt. De schuld bedraagt nu 288 miljard euro. Dat is meer dan één miljoen oude Belgische frank per inwoner. Kinderen inbegrepen. Omdat lenen geld kost, betalen we met z’n allen jaarlijks bijna meer interest op de schuld af, dan we uitgeven aan de sociale zekerheid en de pensioenen samen. De jaarlijkse kost van de schuld is 8 keer hoger dan de middelen die we besteden aan justitie.

De jongeren betalen meermaals de prijs. Eén keer door het geld te investeren in slechte economische sectoren in het verleden. Een tweede keer om de pensioenen te betalen. Een derde keer door het aflossen van de schuld, en het verminderen van de beleidsopties.

’s Avonds trek ik naar Gent voor de bijeenkomst van de focusgroep rond e-communicatie. Als het van ons afhangt, kiest JONGCD&V resoluut voor de toekomst. Gedaan met deze oubollige site. Enkele mensen die live vanuit de ganse wereld bloggen voor JONGCD&V met filmpjes en foto’s. Elektronische sociale netwerken integreren binnen politieke actie. Web 2.0 heeft nood aan meer politiek.

In Leuven trekken we nog langs enkele fakbars, en komen snel oude bekenden tegen het lijf. Een vriendin droomt ’s nachts van Leo Tindemans – de sympathieke man blijkt in haar dromen wreed te zijn. Arme Leo.

Om 3 uur lig ik in bed.

De uitbater van de parochiezaal

online weekboek JONGCD&V

Dinsdag 22 april 2008

De uitbater van de parochiezaal

De dag begint in Brussel-Zuid. Afspraak voor mijn eerste metrovergadering! Ik overleg met een Franse prof over een mogelijk onderzoeksproject. De man heeft het zo druk dat hij me voorstelde hem te vergezellen tussen het station en zijn vergadering bij de Europese Commissie. Van snelheid en efficiëntie gesproken!

Op kantoor blijkt mijn office mate er al te zijn. Svetlana, een Russische collega, is me voor vandaag. Door haar is mijn kennis van het Russisch de afgelopen maanden exponentieel toegenomen. In ruil leer ik haar wat Nederlands (alhoewel West-Vlaams grappiger is) en over de Belgische politiek: hoe de Russen meer aandachten hebben voor jongeren en cultuur, over Leterme I...

Leterme is op dit ogenblik niet meer dan de verweesde vader aan het hoofd van een groep puberende jongeren. Iedereen tast af, ze denken het warm water te hebben uitgevonden, maar velen blijven steken bij de baby exercises. Als we eerlijk zijn, moeten we toegeven dat Bart Somers gelijk had toen hij zei dat de regering een project nodig had. Dehaene en Verhofstadt vonden het eerder in het Europees voorzitterschap. Maar nog beter zou zijn, mocht Leterme I een project hebben waar ook de bevolking bij betrokken is. Een droom van waar we met z'n allen naartoe willen, van die samenleving waar we zolang op gehoopt hebben. Bij de feiten blijven, is belangrijk. Maar af en toe met je hoofd in de wolken verdwijnen brengt ons vooruit. Een eerste minister moet bakens uitzetten - vorm geven aan de wereld, en het ondertussen gebruiken om de pietluttige discussies in de media te overwinnen.

's Avonds zitten we in de Wetstraat 26 samen met de werkgroep communicatie. Ik had voorgesteld om Jan Callebaut uit te nodigen. Na een onverwacht interview in Knack vorig jaar weet iedereen dat hij één van de topadviseurs is van CD&V. En terecht! Door hem hebben we de verkiezingen gewonnen. Jammer dat sommige prijsbeesten dat nu niet meer ten volle durven erkennen. Callebaut voert al meer dan 20 jaar onderzoek naar wat leeft bij de Vlaamse bevolking. Hij is de ideale man om stromingen aan te geven over hoe mensen zichzelf en de wereld zien. De data die hij verzamelt en verwerkt, is een unieke doorsteek van de samenleving en hoe we ons als partij kunnen positioneren. Geen verhaal van de perceptie boven de werkelijkheid, maar duidelijk om politci de keuzes te laten maken die ze denken te moeten maken. Het blijkt dat heel wat jongeren ver staan van wat leeft bij hun leeftijdsgenoten...

De Roycopoliticus

online weekboek JONGCD&V


Woensdag 23 april 2008

De Roycopoliticus

Deze morgen heb ik een afspraak met Jean-Pierre Maes, de voorzitter van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen (CBN). Het boekhoudrecht heeft in dit land nooit geleefd bij de politieke klasse. Nochtans kunnen boekhoudnormen mee verantwoordelijk zijn voor marktcrises, zoals deze van de laatste weken. Het is schrijnend om vast te stellen dat de CBN al maanden zonder medewerkers zit, en de voorzitter al 5 maanden vervangen moest worden. De man wacht.

De sociale partners maken zich op voor de sociale verkiezingen van mei. De volgende weken zullen nog spierballen rollen. Toegegeven, de verkiezingen zijn belangrijk. Maar de slogans zijn pure retoriek, en de verkiezingen zijn slechts belangrijk voor de pikorde tussen Luc Cortebeeck en Rudy De Leeuw. De werknemersorganisaties zijn salonsocialisten in pak geworden, en teren al decennia op steeds dezelfde acties. Geen nieuwe initiatieven die jongeren aanspreken. Waar blijven jullie acties rond armoede, het nog steeds bestaand verschil tussen "de arbeider" en "de bediende", de ongelijke toegang tot het onderwijs, de schending van de mensenrechten...?

Vlaanderen heeft de laatste tijd dan ook heel wat Roycopolitici voortgebracht. Mensen die uit het niets komen, en met het politieke water worden overgoten, maar in wezen slechts allen hetzelfde surrogaat van de partijleiding zijn – wat zijn de idealen van deze generatie?

's Avonds vertrek ik samen met Peter Aspeslagh naar Gent voor de veertigste verjaardag van CDS Gent. Als Leuvenaars voelen we ons op uitstap. De rector van de Universiteit Gent is de man van de avond. Veertig jaar geleden was hij er als de kippen bij, nu nog met hetzelfde enthousiasme. Samen met Peter en Frederik Jocque probeer ik de alumniwerking wat nieuw leven in te blazen. Mensen samenbrengen, vorming verzorgen en nadenken. Daar heeft de christendemocratie in Vlaanderen nood aan – een denktank?

Op de receptie onmoet ik ook de lezer van het weekboek. Of zijn er meer?


De stad die de Vlaming vergat

online weekboek JONGCD&V


Maandag 21 april 2008

De stad die de Vlaming vergat

Deze stad wil men helpen –
maar het liefste om zeep.
Raymond van het Groenewoud

De toekomst ligt deze week in jullie handen. Deze week kruip ik in de huid van het weekboek om jullie even op sleeptouw te nemen met de kleine en grote dingen des levens in de lente van 2008.

Frederiek Vermeulen (24). Afkomstig uit Eernegem, op de grens tussen Zandig Vlaanderen en de Polders. Ik studeerde toegepaste economische wetenschappen aan de KU Leuven, was internationaal secretaris van de Christen-Democratische Studenten en een jaartje voorzitter van LOKO – de Leuvense studentenraad. Nu werk ik in Brussel bij de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) – dat de Europese Commissie bijstaat in het domein van de internationale boekhoudnormen (IFRS). Lid van JONGCD&V, haar werkgroep communicatie (waarover je deze week zeker nog zal lezen), en probeer hier en daar wat te schrijven voor DMK of Radikaal. Meer weten of een reactie op wat je hier leest? Mail naar mail@frederiekvermeulen.be!

Zoals voor velen begint de werkweek pas echt in de Brusselse metro. Elke dag dezelfde emoties van schaamte en teleurstelling. Schaamte dat de Vlamingen Brussel al jaren in de steek hebben gelaten. Hordes pendelaars die elke morgen in aftandse pakken één of ander ministerie met hun aanwezigheid komen versterken, en ’s avonds met dubbele snelheid in het vervallen station komen aangelopen, wegvluchtend van de stad of uit één van de tot de verbeelding sprekende cafés in de Ravensteingalerij - waar stamgasten nog echt hun vaste plek hebben.

Dagjestoeristen zijn het. Van de klassiek bewandelde paden afwijken om de colour locale te verkennen, doen ze niet. Ze ontwijken de Brusselse charme in een stad vol vergankelijkheid; de verdeling is politiek, en de politiek hier verdeeld. De stad staat voor immense uitdagingen (internationaal, infrastructuur, cultuur...), maar haar bestuur is verspreider dan de eerste beste landelijke fusiegemeente. Ook CD&V heeft nood aan een nieuw Brussel. Niet langer het Brussel van de ministeries of van Van Rompuy met ‘bikkelharde’ garanties voor de Vlamingen. Vertegenwoordiging is belangrijker, maar wat wil je er mee aanvangen, waar willen we naartoe? Dromen en verwachtingen mogen hoger liggen dan de dorpskerktoren. De grote, gevaarlijke lelijke stad is lang genoeg gebruikt om niet naar de stad om te moeten kijken.

Schaamte is er ook dat het in onze samenleving nog mogelijk is dat zoveel mensen op straat moeten leven. Het aantal armen in de stations en straten neemt zienderogen toe. Op een paar mensen na heeft niemand er voor gekozen om op straat te leven. Telkens hetzelfde verhaal van de vicieuze cirkel die hen tegenhoudt. De mensen van CASU verrichten wonderen. Ik luister, ik probeer te helpen, want administratie (OCMW...) is voor velen niet evident. Zonder te willen veralgemenen, valt me op dat heel wat mensen van de straat ook psychologische problemen hebben. Ligt het aan onze geestelijke gezondheidszorgen (die nog veel beter kan), of is het iets dat je opdoet als je op straat leeft? Ik weet het nog altijd niet, maar het “bonjour” dat de straatmuzikant elke morgen boven zijn accordeonmuziek roept doet deugd.